Artikel 26 van het VN-verdrag Handicap
3 december is het de internationale dag van mensen met een beperking. Als er een internationale dag aan je wordt gewijd, is dat meestal geen goed teken. Helaas is het nog altijd zo dat mensen met een beperking minder rechten hebben dan mensen zonder beperking. Dat kwam aan de orde in deze uitzending van Pointer.
Het VN verdrag voor de rechten van mensen met een beperking stelt dat iedereen recht heeft om het eigen leven te leiden, dat mensen daarbij eigen keuzes mogen maken en dat we de samenleving zo moeten inrichten dat mensen zo zelfstandig mogelijk kunnen deelnemen. Dat wil niet zeggen dat er zo min mogelijk zorg of ondersteuning ingezet moet worden. Soms kan iemand juist met wat extra zorg of ondersteuning veel zelfstandiger leven. Bijvoorbeeld, doordat er voldoende huishoudelijke hulp of begeleiding is kan iemand wel werken.
Als je een lichamelijke beperking hebt, zijn hulpmiddelen belangrijk om je eigen leven te kunnen leiden. Dat kan gaan over rolstoelen, scootmobiels, maar ook speciale bedden, matrassen of techniek waarmee je met je elektrische rolstoel bijvoorbeeld ook lichten en deuren in huis kunt bedienen.
Bij afspraken over hulpmiddelen en andere voorzieningen moet centraal staan wat iemand nodig heeft om het eigen leven te leiden. Niet de zorg maar het leven moet centraal staan.
Dat vraagt een omslag in denken, van medisch naar sociaal model. Een beperking is niet een gebrek wat gerepareerd moet worden. Mensen verschillen van elkaar en het hebben van een beperking of niet, is een manier waarop we van elkaar kunnen verschillen. Bij het toekennen van hulpmiddelen en het organiseren van zorg en ondersteuning moet niet de beperking centraal staan, maar het leven wat iemand heeft of wil hebben.
In geval van gemeente zou de WMO en het hele sociale domein erop gericht moeten zijn dat mensen met een beperking net zo goed en actief hun leven kunnen leiden als mensen zonder beperking. Het kan zijn dat er verschil is in de behoefte aan zelfstandigheid tussen ouderen, voor wie een toenemende afhankelijkheid tot op zekere hoogte past bij de levensfase en mensen die vanwege een (lichamelijke) beperking van jongs af aan en gedurende hun hele leven op verschillende gebieden ondersteuning nodig hebben.
Het is belangrijk om uit te gaan wat iemand allemaal doet, welke rollen heeft iemand of wil vervullen en wat is er nodig om die rollen te kunnen vervullen. De persoon zelf is hierin het meest deskundig. Bij de keuze voor hulpmiddelen, zorg en ondersteuning moet dat leidend zijn.
Nu zien we dat er vaak op basis van kosten of andere belangen keuzes gemaakt worden om hulpmiddelen, zorg en ondersteuning toe te kennen of te weigeren. Financiën mogen nooit een reden zijn om iemand zijn mensenrechten te ontzeggen.
Om kosten te besparen zien we dat steeds meer hulpmiddelen niet meer worden verstrekt vanuit de WMO omdat deze algemeen gebruikelijk zijn. Probleem hierbij is dat als je een hulpmiddel nodig hebt vanwege je beperking, je geen keuze hebt om iets niet aan te schaffen. Neem bijvoorbeeld een trapleuning. Sommige mensen hebben een extra trapleuning nodig om naar boven te kunnen en zo in hun huis te kunnen blijven wonen. Iedereen kan een extra trapleuning kopen, dus de trapleuning wordt niet vanuit de WMO vergoed. Maar mensen die de trapleuning nodig hebben, kunnen er niet voor kiezen om deze niet te kopen. Doordat steeds meer hulpmiddelen als algemeen gebruikelijk worden gezien, moeten mensen met een beperking steeds meer kosten maken om hun leven te kunnen leiden. De stapeling van zorgkosten (de eigen bijdrage voor WMO maar ook op andere gebieden) veroorzaakt bij veel mensen met een beperking financiële problemen.
Hoe kan de gemeente Arnhem de rechten van mensen met een beperking borgen in het sociaal domein?
- Alle professionals die betrokken zijn bij de WMO en de rest van het sociaal domein, ambtenaren, bestuurders, wijkcoaches etc, moeten zich bewust worden van hoe zij vanuit het sociaal model kunnen gaan werken.
- Neem inclusie als uitgangspunt van de visie sociaal domein. Een actief eigen leven kunnen leiden, met alle rollen die daarbij horen moet centraal staan.
- Bij aanbestedingen moet kwaliteit van producten en dienstverlening prioriteit hebben. Deze moeten erop gericht zijn dat mensen actief hun leven kunnen leiden.